Europese Commissie legt destructie Hooggerechtshof voor aan het Europees Gerechtshof in Luxemburg

Op 24 september 2018, slechts enige dagen later dan aanvankelijk verwacht, heeft de Commissie aan het Hof in Luxemburg unaniem alsnog verzocht zich uit te spreken over de vraag of de recente wijzigingen in de wettelijke regels betreffende het Poolse Hooggerechtshof te rijmen zijn met Europees recht. Volgens de Commissie is dat niet het geval. Het vragen van een uitspraak hierover gaat vergezeld van het verzoek om zo spoedig mogelijk voorlopige voorzieningen te treffen, teneinde de al aan de gang zijnde uitvoering van de gewraakte regeling onmiddellijk op te schorten c.q. ongedaan te maken tot het moment van de definitieve uitspraak van het Hof, die een aantal maanden op zich zal laten wachten.

De vertraging van enkele dagen was het gevolg van een contact tussen premier Morawiecki en Commissievoorzitter Juncker, nadat de premier nog vlak voor de Commissievergadering van 20 september 2018 preses mevr. Gersdorf had benaderd met de al dan niet serieuze bedoeling om op het laatste moment nog een oplossing in het lopende geschil tussen tussen de Poolse regering en de Commissie te vinden. Dit contact heeft blijkbaar dus tot niets geleid.

De Commissie heeft het Hof nu verzocht om de Poolse autoriteiten te bevelen om voor wat betreft het vervroegd met pensioen sturen van raadsheren en het opvullen van hun plaatsen met nieuwe personen, de klok terug te zetten tot 3 april jl. Op die dag trad de nieuwe regeling in werking die moest bewerkstelligen dat raadsheren van 65 jaar of ouder in principe zouden vertrekken, waarna de President op voordracht van de Raad voor de Rechtspraak (in zijn recente samenstelling gekozen door het door de regeringspartij beheerste parlement) de opengevallen plaatsen kon opvullen. Dit proces was al volop gaande en moet volgens de Commissie nu bij voorlopige voorziening in zoverre dus worden stopgezet c.q. teruggedraaid, totdat het Hof, naar verwachting over enkele maanden, een definitieve uitspraak zal doen in deze zaak. Aan deze voorlopige voorzieningen kunnen al aanstonds forse financiële sancties worden gekoppeld, zoals dat ook, en met succes, vorig jaar gebeurde toen dit Hof werd verzocht het onwettige kappen van het legendarische natuurgebied Bialowieza in Oost-Polen stop te zetten. Als het Hof hierin met de Commissie meegaat, kunnen de tot nu toe al met pensioen gestuurde raadsheren aanstonds dus hun taken weer hervatten en blijft mevrouw Gersdorf dus preses.

Dit alles natuurlijk, zoals prof. Matczak van de Universiteit van Warschau op 25 september 2018 stelt in de Gazeta Wyborcza, onder de voorwaarde dat de Poolse regering zich bij een dergelijk voorlopig besluit van het Hof zal neerleggen en aan de uitvoering daarvan zal meewerken. Dat is niet vanzelfsprekend na recente uitlatingen in regeringskringen dat “Europa Polen niet de wet zal lezen”. Negeren zou echter, nog afgezien van de financiële gevolgen, Polen in de Europese hiërarchie verdere, en wellicht nog grotere, politieke schade berokkenen. Volgens Matczak is het waarschijnlijker dat Polen dan gaat schipperen met halve maatregelen die in zijn voordeel zullen worden uitgelegd.

Hetzelfde kan worden verwacht als het definitieve vonnis er zal zijn. Als de Commissie in het gelijk wordt gesteld zou dat, nog steeds volgens Matczak, een ramp zijn voor de lopende operatie “opschoning” van het Hooggerechtshof, gestart door Duda en Ziobro, en lastig uit te leggen onderweg naar de parlementsverkiezingen van volgend jaar, als de regering door de oppositie toch al een exit poll-politiek zal worden verweten. Sowieso wordt dit voor de Poolse regering geen gemakkelijk klusje. De kans dat het Hooggerechtshof niet totaal door de regering zal kunnen worden overgenomen, lijkt aanzienlijk toe te nemen.

Paul Meijknecht,
25 september 2018