Pools Hooggerechtshof: Disciplinaire Kamer geen geldig gerecht

Het Hof van Justitie van de Europese Unie had ernstige twijfels bij de onafhankelijkheid en onpartijdigheid van de Disciplinaire Kamer van het Poolse Hooggerechtshof, maar liet het eindoordeel daarover aan het Poolse Hooggerechtshof zelf. Op 5 december heeft dat Hof uitgesproken dat de Kamer geen geldig gerecht is onder Europees en Pools recht.

Paul Meijknecht

Het Europese Hof van Justitie besliste op 19 november op prejudiciële vragen van drie raadsheren van de Kamer voor Arbeids- en Verzekeringszaken van het Poolse Hooggerechtshof, dat laatstgenoemd Hof zélf bevoegd is om te beslissen of de in 2018 ingestelde Disciplinaire Kamer van dit Hof een onafhankelijk en onpartijdig gerecht is in de zin van Europees recht. Het Europese Hof had hierover ernstige twijfels, maar liet de conclusie dus over aan de hoogste lokale rechter.

Bij uitspraak van 5 december beantwoordde de genoemde Kamer van het Poolse Hooggerechtshof deze vraag ontkennend, op grond van de door het Europese Hof aangedragen criteria, en met verwijzing naar de machtiging daartoe door dit Hof en ter uitvoering daarvan: de Disciplinaire Kamer van het Poolse Hooggerechtshof (enige jaren geleden ingevoerd op instigatie van President Duda) is dus geen geldig gerecht onder Europees recht, en, daaraan inherent, ook niet onder Pools recht. Aan de uitspraak van 5 december lag ten grondslag de vaststelling door de Kamer voor Arbeids- en Verzekeringszaken van het Hooggerechtshof, daartoe eveneens uitdrukkelijk gemachtigd door het Europese Hof (dat ook daarover ernstige twijfels had), dat de Landelijke Raad voor de Rechtspraak, op voordracht waarvan President Duda de leden van de Disciplinaire Kamer had benoemd, niet onpartijdig is en met name niet onafhankelijk is van de Wetgevende en de Uitvoerende Macht. Intussen zijn door de vernieuwde Raad voor de Rechtspraak al meer dan 500 nieuwe rechters benoemd.

De Disciplinaire Kamer van het Hooggerechtshof is essentieel voor de hervormingen van de rechtspraak door regeringspartij PiS en werd aanstonds geheel bemand met rechters benoemd door de toen al aan de politiek (wetgevende en uitvoerende macht) onderworpen Raad voor de Rechtspraak. Deze Disciplinaire Kamer stuurt ook alle lagere disciplinaire rechters aan, met het duidelijke doel alle rechters in het gareel te houden of te brengen. De talrijke disciplinaire beslissingen (o.a. degradaties en overplaatsingen) zijn al jaren voor PiS daartoe een onmisbaar instrument en dus in feite om de gehele rechtspraak te politiseren.

Onafhankelijkheid van de Raad voor de Rechtspraak van politici was één van de door het Hof van Justitie genoemde criteria voor onafhankelijkheid van rechters. Ook het Hooggerechtshof constateert nu met zoveel woorden in zijn uitspraak dat deze Raad daarvoor onvoldoende garanties geeft.

In eerste reacties wijzen de verantwoordelijke overheidsinstellingen, i.h.b. het Ministerie van Justitie, de Raad voor de Rechtspraak en de Disciplinaire Kamer zelf, deze uitspraak uiteraard van de hand. Leszek Mazur, voorzitter van de Raad voor de Rechtspraak, stelde alvast dat de uitspraak van 5 december geen consequenties zal hebben voor het functioneren van de Landelijke Raad voor de Rechtspraak en van de Disciplinaire Kamer van het Hooggerechtshof. Het Ministerie van Justitie o.l.v. minister Ziobro kan en zal volgens Mazur dus gewoon doorgaan met het streven de rechterlijke macht in het gareel te brengen. Maar veel zal daarbij afhangen van weerbaarheid van individuele rechters en hun advocaten, die ook nu al niet willen buigen voor de regeringspartij. Zij hebben nu een belangrijke steun in de rug gekregen van het Hof van Justitie en van hun eigen hoogste rechter: het Hooggerechtshof.

Of deze Disciplinaire Kamer nu in feite geliquideerd gaat worden, zal nog moeten blijken. De kans daarop lijkt heel klein. Tot nu toe is er volgens de regering niets aan de hand en gaat ook de Disciplinaire Kamer van het Hooggerechtshof gewoon door met zijn werk, en, ook volgens de regering, hebben rechters het recht niet om te tornen aan de geldigheid van presidentiële rechtersbenoemingen. Maar in feite heeft het Europese Hof nu de Disciplinaire Kamer geliquideerd, en er zijn nog meer uitspraken van het Europese Hof op komst. Het is nu dus weer verder afwachten. Reactie van rechter Krystian Markiewicz, die al 55 disciplinaire zaken aan zijn broek had: “Voor rechtbanken zal ik verschijnen. Voor de Disciplinaire Kamer hoeft dat niet zo. Ik zou net zo goed kunnen verschijnen voor de Club van Vrienden van de Witte Beer in Zakopane.”

 

Foto: Pools Hooggerechtshof, door C. Szabla